“Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het.“

 

Dit is een uitspraak van René Gude, Denker des vaderlands.

Hij heeft botkanker en ik wil zijn denkbeelden bespreken, omdat we ook van hem kunnen leren over het omgaan met kanker en sterven.

 

Zijn ziekte

In november 2007 brak hij zijn been. Drie maanden later volgde de diagnose botkanker. De – statistische – prognose was dat hij 10-15% kans had de volgende 3 jaar te overleven. Hij werd geopereerd en in april 2008 begonnen de chemokuren. Toen de kanker in 2011 terugkeerde werd het zieke been geamputeerd. Eind september 2014 werd bekendgemaakt dat Gude stervende was. Hij sprak hierover op televisie in “De Wereld Draait Door“.

 

Denker des Vaderlands

In mei 2013 werd Gude uitgeroepen tot Denker des Vaderlands.  Doel van het initiatief tot deze eretitel is om de media te verrijken met een filosofisch zwaargewicht, die de hectiek van het nieuws in een groter verband kan plaatsen.

Dit heeft hij ook gedaan voor wat betreft het omgaan met kanker en sterven.

Als filosoof lukt het René Gude met denken, redeneren en gesprekken voeren, om in evenwicht te blijven met kanker. Hij gebruikt filosofie als humeur-management.

 

Tips voor het omgaan met kanker en de dood

 

1. < Maak een onderscheid tussen emoties en gedachten>

<Laat emoties er zijn. Ze zijn goed en verbonden met je passies. Ze komen en gaan. Maar laat niet je verstand een verkeerd verhaal maken over die emoties. Bijvoorbeeld je voelt je rot en verklaart dit door tegen jezelf te zeggen: “dit had mij niet mogen overkomen“. Dan leg je met je verstand een oorzakelijk verband wat er niet is. Het is je overkomen en kan ook een ander overkomen. Er is niet een soort hogere macht die je onjuist behandeld heeft. Je hebt geen verklaring nodig om je rot te voelen. Als je de emotie alleen voelt als hij er is zonder er een verhaal bij te maken, blijf je er niet in “hangen“. >

2. <Leer leven met onzekerheid, maak geen vaste punten, maar blijf open staan voor nieuwe informatie >

< Accepteer dat je niet weet hoe je ziekte zich ontwikkelt of wanneer je dood gaat. Zoals Rene zegt: “kijk het beest recht in de bek, maar blijf ook open voor nieuwe informatie“. Daarmee ben je eigenlijk een mislukte pessimist. Je kijkt naar het ergste, maar blijft ook open voor alles wat meevalt. Daarmee houd je je balans.>

3. <Doe aan humeur-management>

<  Je wil is sterker dan je verstand, maar je verstand is zo sterk dat je aan humeur-management kan doen. Humeur-management is niet gericht op of tegen emoties, maar op de voorstelling die je ervan maakt met je verstand. Geef sturing aan je verstand en aan de voorstellingen die je maakt met je verstand , zodat je jezelf niet onnodig boos, somber of angstig maakt. Door verkeerde voorstellingen kun je in emoties blijven hangen>

4. <Denk aan degenen die doorleven, en heb niet alleen veel medelijden met degene die doodgaat>.

<Doodgaan is niet zo erg voor degene die doodgaat. Hoe eerder mensen beginnen te denken aan degene die doorleven nadat iemand is doodgegaan hoe beter het is. Mantelzorgers hebben het zwaarder dan stervenden.>

5. <Gebruik filosofie om warhoofderij in jezelf te voorkomen.>

<Ziekenhuizen en oncologen kunnen op basis van grote populaties met redelijke nauwkeurigheid voorspellen hoeveel procent van de mensen met kanker geneest of overleeft, maar ze kunnen niets zeker weten over het verloop van de ziekte bij een individu. Ze kunnen ook weinig aandacht geven aan de moeite en het verdriet bij het individu dat ziek is. Er is weinig aandacht voor het individu omdat ziekenhuizen en oncologen een populatie (de groep) proberen te redden. Daarom is het belangrijk jezelf  te trainen in omgaan met onzekerheid. Filosofie werkt om allerlei warhoofderij in jezelf te voorkomen. Ook hier helpt humeur-management>

6. <Verleg de aandacht van de onsterfelijkheid in de zin van hiernamaals naar de reële plaats van onsterfelijkheid, namelijk alle mensen in jouw omgeving, die doorgaan als jij doodgaat>

<Individuen gaan dood, maar hun omgeving en mensen die hen gekend hebben gaan door.En in die zin leven ze ook door.  Daarmee is de aarde relatief onsterfelijk.>

7. <Streef naar gemoedsrust als je gaat sterven en niet naar uitersten>

< Er zijn 2 valkuilen (uitersten) als je gaat sterven.

  • Je wilt heel bijzonder zijn door je bijdragen aan de wereld en probeert als het ware een eindspurt te maken om alles wat je nog niet bereikt hebt in te halen. Teleurstelling en spanning liggen op de loer.
  • Je wilt bij de groep blijven horen en wilt niet weg gaan. Dit maakt angstig, want je sterft toch.

Maak onwetendheid je vriend (sluit vrede met dat je niet weet hoe het verder gaat) en schort negatieve oordelen over je leven op, dat geeft gemoedsrust.>

 

Samenvatting

<Rene Gude pleit ervoor filosofie te gebruiken om aan humeur-management te doen. Emoties zijn goed als je ze gewoon kunt laten zijn zonder er oorzaken voor aan te wijzen of verhalen over te maken. Als je er zo mee omgaat kun je een evenwicht vinden ook als je kanker hebt of gaat sterven.>

 

Samen met journalist Wilma de Rek maakte hij een boek “Stand-up filosoof`.
In 2014 verscheen het boekje “Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het“. Wim Brands in gesprek met René Gude.

Hoe doe jij aan humeur-management?

Noem in het commentaarveld hieronder manieren waarop jij je humeur stuurt.

Als dit artikel interessant is voor mensen in jouw netwerk, wil je het dan ‘delen’ door op één van de social media knoppen hieronder te klikken?